Je zit toch even gek te kijken wanneer je in je Duitse krachtpatser over het circuit stuift en er ineens een Toyota Yaris in je spiegels opduikt. Of twee. Of drie. Of vier. Oké, die twee letters maken het verschil: GR, een afkorting van Gertjans Racebrigade. Een legertje hot hatches met blèrende driecilinder turbomotoren en vierwielaandrijving zet menig DF Trackday volledig op zijn kop.

De Toyota GR Yaris. Weer zoiets idioots. Geef Japanners de vrije teugels en ze komen met iets dat het voorstellingsvermogen te boven gaat. Niet een lichtjes verbouwde versie van het model dat in hybridevorm massaal onze wegen bevolkt, maar een krankzinnig kanon dat volgens Gertjan Kalis zo’n beetje alleen nog de radio- en kachelbediening met de bravere broeders deelt. Hij kan het weten, als Toyota-dealer. “Er zit zelfs een compleet andere wielophanging onder, plus een 4×4-systeem met Torsen-differentiëlen als je voor de Performance-versie kiest. De verdeling van de aandrijfkrachten naar voren en achteren valt aan boord in te stellen: 60-40, 50-50 of 70-30.” Een prettig idee, want de driecilinder – jawel! – 1.6-motor met een beer van een turbocompressor erop heeft 261 pk te vergeven. Niet genoeg voor de directeur van Automobielbedrijf Flakkee en zijn kompanen, overigens. “We hebben hem bij al onze auto’s laten kietelen naar 320 pk.” De GR Yarissen jongen kennelijk aan, want na Gertjan Kalis volgde zijn broer Johannes en inmiddels zijn ook vier klanten gezwicht voor de verleiding om zo’n apparaat aan te schaffen én ermee over het circuit te denderen, tot grote ontzetting van de overige deelnemers aan DF Trackdays.

Uitverkocht
Kalis maakt dat laatste wat tastbaarder. “Een mijnheer met een BMW M4 kwam ons niet voorbij, tot zijn grote frustratie. Hij wilde dringend weten hoe wij zo snel konden zijn ‘met zo’n gekke Yaris’. Laatst troffen we hem weer op Circuit Zandvoort en bleek hij er zelf een te hebben gekocht. Als je kijkt naar wat je ervoor betaalt en wat je daarvoor terugkrijgt, komen er denk ik maar weinig andere auto’s in de buurt.” De Toyota-dealer uit Dirksland preekt natuurlijk voor eigen parochie, maar de prestaties spreken voor zich en trouwens: er valt amper nog een commercieel belang uit te spelen, aangezien de GR Yaris uitverkocht is. “De fabriek heeft er 30.000 gebouwd om hem te homologeren voor de rallysport en daarna stopte de productie. Ik kon nog net twee witte te pakken krijgen en daarna geen één meer. Althans, via de importeur. Omdat ik zelf een rode wilde, moest ik verder zoeken en kwam ik in België terecht. Je herkent hem aan de matzwarte wrap over de neus, om het front tegen steenslag te beschermen. Mijn broer heeft hetzelfde laten doen bij zijn witte.” Als de uitgebouwde Yarissen nog niet dreigend genoeg waren, dan nu wel. Grrrrrr…

Niets uitwisselbaar
Nog zo’n merkwaardig gegeven: de snelle monsters dragen als enige binnen de bloedlijn een koets met drie deuren, een verlaagd carbon dak en flink verbrede schermen. Toch een kostbaar project voor de fabrikant, zou je zo denken. “Je kunt in ieder geval beter geen schade rijden,” grijnst Kalis. “Vooral de achterkant in elkaar duwen is een duur dingetje. Gelukkig weet ieder van ons zijn GR Yaris tot op heden heel te houden. Het scheelt natuurlijk dat er vierwielaandrijving onder zit.” Er blijkt hoegenaamd niets uitwisselbaar met de zuinigheidskampioenen uit de reeks: al het plaatwerk wijkt af en Toyota liet de motorkap, achterklep en deuren zelfs uit aluminium persen. Evengoed weegt zo’n kleine brulaap 1280 kilogram, mede door toepassing van het genoemde 4WD-systeem. Niks teveel om zo’n GR Yaris in 5,5 tellen van 0 naar 100 km/h te laten knallen, waar bij de extra opgefokte exemplaren van Gertjans Racebrigade nog wel grofweg een halve seconde af zal gaan. Op het rechte eind van Circuit Zandvoort zullen ze aardig in de buurt van hun officieel opgegeven top van 230 km/h komen, al hebben de stuurlui het te druk aan boord om dat te checken. Kalis: “Ik durf je niet eens te zeggen bij welk toerental ik nu precies opschakel.”

Oververhit
De vierwielaandrijving verraadt dat de GR Yaris initieel niet ontworpen is voor het circuit, maar voor de rallysport, al kreeg hij uiteindelijk nooit de kans om zich in het WRC te bewijzen. Evenwel weet hij volgens de Zuid-Hollandse Toyota-dealer uitstekend van wanten in de Zandvoortse duinen en dan bedoelt hij toch echt het asfalt dat zich daar uitstrekt. “Mits je de Performance-uitvoering met de Torsen-differentiëlen hebt. Het achterste krijgt het trouwens erg warm en raakt in de zomer oververhit, dus daar hebben we recent een oliekoeler aan toegevoegd. Overigens gebeurt dat alleen als je de aandrijving op 30-70 zet, wat mij betreft de ideale set-up voor het circuit. Dan trekt de auto zich met één snelle boog door de bochten heen. Sommige eigenaren binnen ons clubje zetten hem liever op 50-50 en houden het ESP ingeschakeld. Dat laatste lijkt trouwens niet zo veel uit te maken. Met de verhouding 60-40 kun je minder lekker uit de voeten; dan treedt er relatief veel onderstuur op. Bij 30-70 voel je de achterkant een beetje loskomen, wat goed te beheersen valt. Geen van ons is ook maar één keer achterstevoren gegaan.”

IJzer op ijzer
Hoewel de Toyota-ingenieurs hun stinkende best deden op de GR Yaris en een doldrieste hot hatch afleverden constateerde Kalis dat er nog wel wat verbeterpuntjes lagen cq liggen. “Standaard klinkt de driecilindermotor als een stofzuiger, daarom hebben we een Milltek-uitlaat gemonteerd, die hem net wat donkerder laat brommen. Overigens alleen een achterdemper met twee eindstukken, want als de auto teveel kabaal maakt en je iedere keer van de baan wordt gehaald gaat de lol er gauw vanaf. Verder mogen de veren en dempers wat harder. Wanneer je hard aanremt, begint de achterkant een beetje te zweven. Er ligt al een schroefset van KW Suspensions klaar, die je naar wens kunt instellen. Voor de remblokken moeten we ook nog even iets anders verzinnen, want die jagen we er wel erg snel doorheen en je wilt voorkomen dat je schijven voortijdig slijten, aangezien een setje van twee 1500 euro kost. Laatst, bij DF Trackdays op Spa-Francorchamps, moesten we allemaal rond half vijf in de middag stoppen, omdat we bijna ijzer op ijzer zaten.”

Bittere noodzaak
De mannen van de zeskoppige Gertjan Racebrigade persen hun GR Yarissen tot het uiterste uit, wat met name onder regenachtige omstandigheden onthutsende toestanden oplevert binnen Driving-Fun-gelederen. “Laatst zat er een groepje Porsches op de baan. Het asfalt was nat en wij haalden ze achter elkaar in. Op droog redden we dat niet, dat zeg ik er eerlijk bij, maar na afloop kwamen die rijders wel even informeren hoe wij dit nou voor elkaar kregen.” Eén ding vormt bittere noodzaak: het toerental boven de 3000 tpm houden, want daaronder blijft het vuur van de uitlaatgascompressor beperkt tot een waakvlammetje. “De turbo klapt er heel abrupt en heel hard in. Met dat inslagmoment moet je het meest oppassen; daarboven is het goed hanteerbaar.” Met 320 pk uit een 1.6-motor, dat betekent een bizarre 150 pk per liter, maar de GR Yarissen geven geen krimp. “Ik heb met de mijne nu 2300 circuitkilometers gereden,” meldt Kalis. “Geen centje pijn, afgezien van de genoemde dingetjes met het achterdifferentieel en de remblokken.” In die betrouwbaarheid leggen deze monsters dan toch weer hun Toyota-DNA bloot. Wat een heerlijk contrast.

Meer informatie: www.driving-fun.com

Wil jij ons magazine ook lezen? Meld je dan aan via “bestellen” op onze website: www.start84.nl