Wanneer er drie crossauto’s op een trailer bij de evenementen verschijnen, baart dat al opzien. Stappen daar vervolgens drie broertjes in, fanatiek gecoacht door pa, dan mag je van een heuse familie-invasie spreken. Maak kennis met Tijme (12), Jitse (11) en Wobbe (5) Groot, die zich de kaas niet van het brood laten eten en de prijzenkast thuis rap aan het vullen zijn.

“Zo onderhand hebben we een grote opslagplaats voor al die bekers nodig,” grinnikt trotse vader Ronald Groot, die door de activiteiten van het jeugdige trio zelf al jaren niet meer aan crossen toekomt, na 24 jaar NK’s rijden in respectievelijk de klassen Sprint 2000 en Sprint 1600. Wat hemzelf nooit lukte, wisten de oudste twee zonen op jonge leeftijd al doodleuk te flikken: nationale titels binnenhengelen. Weliswaar in het NK Mini Buggy, voor kinderen tot en met 12 jaar en aldus nog redelijk onschuldig, maar toch. Tijme kroonde zich in 2018 kampioen in Klasse A, Jitse deed dat in 2019 en schreef in 2017 al eens Klasse B op zijn naam. “Ze begonnen tegelijk. Als kleintjes waren ze al bezig met karten en quadracen, maar vooral dat laatste vond ik tamelijk gevaarlijk. Toen Wouter van Vugt het idee van de Mini Buggy lanceerde, leek me dat een ideale klasse voor hen, om op een veilige manier in de autocross te belanden.” Daarmee traden de jonge heren in de voetsporen van vader en opa. Ronald Groot bestelde in 2016 twee compacte wedstrijdmachines bij de initiatiefnemer. “Zelf bouwen, daar had ik geen tijd voor.” Lachend voegt de ondernemer in hem – leverancier van chroom-molybdeen – eraan toe: “Je begrijpt natuurlijk dat Wouter wél mijn buizen gebruikte.”

Rauwdouwer
De familie Groot brengt een stel karaktertjes aan de start. “Tijme pakte het direct goed op, hij kwam vanaf het begin goed met de meute mee en vond het meteen allemaal prachtig. Hij heeft veel lef, is wild, nooit bang en best een beetje een rauwdouwer. Als je hem een tikje geeft, weet je één ding zeker: dan komt het bij je terug. Afgelopen jaar kende hij wat pech. Uitgerekend in de finale, toen hij hoopte op een tweede plaats in het kampioenschap, vloog hij over de kop. De organisatie zag hem huilen en dacht dat hij pijn had, maar het ging hem om iets heel anders: dat hij punten liet liggen.” Ondertussen ging zijn één jaar jongere broer Jitse met de titel aan de haal. “Hij is de nettere rijder van de twee, maar pas op: maak hem niet kwaad, want dan valt hij niet meer te stoppen. Al verzekerd van het kampioenschap lag hij in de eerste wedstrijd van de finale op kop, zag zijn rivaal passeren, reed het gaatje weer dicht en stond toen voor de keuze: lang vechten met de kans dat het niet lukt of samen eraf. Het werd het laatste.”

Dubbele salto
Op de regionale evenementen verschenen in de tweede helft van 2019 drie coureurs met de achternaam De Groot ten tonele, waarbij de kleine Wobbe al meteen duidelijk maakte dat ook met hem niet te spotten valt. “In zijn tweede wedstrijd vloog hij over de kop, zelfs over een andere auto heen en belandde via een dubbele salto op zijn dak. Weet je wat hij als eerste riep? ‘Hé pap, zag je mijn start? Goed, hè?’ Hij stond er gelijk weer klaar voor, terwijl sommige andere kinderen door dit voorval die dag niet meer wilden rijden.” Wobbe staat aan de vooravond van zijn eerste volle seizoen in de Mini Buggy, terwijl Jitse en Tijme overstappen naar respectievelijk een Suzuki Swift en een Juniorbuggy op regionaal niveau. “Dat kozen ze zelf zo uit,” zegt Ronald Groot over de oudste twee. “Ik ben er wel blij mee, want allebei in dezelfde klasse, dat werkt eigenlijk niet. Thuis aan de eettafel werd het er niet gezelliger op, zeg maar. Je hebt altijd een winnaar en een verliezer, zelfs al levert degene die zich door mechanische pech naar voren moet vechten en net achter de ander eindigt eigenlijk een veel grotere prestatie.” Zo hard kan de sport zijn, zelfs al voor kinderen, zeker als ze zo fanatiek rijden als deze broertjes.

Wil jij ons magazine ook lezen? Meld je dan aan via “bestellen” op onze website: www.start84.nl