Tweeënhalf jaar geleden overleed de begenadigde Nederlandse racewagenontwerper Wiet Huidekoper. Hij liet de autosport fantastische ontwerpen na, die nu door liefhebbers weer in oude glorie worden hersteld. Charlotte Verkuijlen restaureerde een Vector TF93, terwijl haar broer Bart en vader Ad zich richten op een Vector Sports 2000. Zo komt het technologisch waardevolle erfgoed opnieuw tot leven.

Wanneer je demo’s mag geven tijdens de Historic Grand Prix Zandvoort, bezit je in ieder geval een legendarische racewagen. Tijdens de editie van 2025 trok Charlotte Verkuijlen veel aandacht met de Vector TF93, waarmee volgens de overlevering Tom Coronel in 1993 het Nederlands Formule Ford-kampioenschap won.

“Op vrijdag reed mijn partner David Verzijlbergen ermee, en op zaterdag en zondag ikzelf. Helemaal vlekkeloos verliep dat niet; de Zetec-motor viel af en toe uit. Eerst dachten we aan te weinig benzine, maar inmiddels lijkt het erop dat er iets hapert aan de ontsteking, mogelijk de module,” vertelt Charlotte.

Toch betekende het een terugkeer naar Zandvoort van een Formule Ford die in 1993 het veld opschudde. Het ontwerp van Huidekoper, met zijn Group C-ervaring, voegde een zekere mate van downforce toe. Bram Kooij, teambaas van Fresh Racing met Tom Coronel en Andrew McAuley onder contract, zag er wel iets in en verving de gerenommeerde Britse fabrikant Van Diemen. Al tijdens de eerste wedstrijd in Zandvoort versloeg de Vector TF93 de concurrentie. Hoewel Coronel de Benelux-titel misliep, kroonde hij zich dat jaar tot Nederlands kampioen. Zo werd een nieuwe naam gevestigd in de Formule Ford.

Enthousiasme aanmoedigen
“Volgens mij bezit ik de auto al tien, twaalf jaar,” vertelt Charlotte. “Ik kreeg hem destijds van Wiet Huidekoper, die samen met mijn vader aan een aantal projecten had gewerkt. Hij vond het leuk om mijn enthousiasme voor techniek en racen te ondersteunen door mij met de Vector TF93 achter het stuur te laten rijden. Helaas kwam dat er niet meer van voordat hij begin 2023 overleed.

Mijn vader vond het spannend om zijn dochter op jonge leeftijd in zo’n kwetsbare formulewagen te zetten. Zelf had ik nog veel plezier in het karten en drong ik er niet op aan om direct in de autosport te starten. Er moest bovendien veel aan de auto gebeuren om hem veilig rijdend te maken, wat ik samen met David heb gedaan. We haalden hem tot de laatste boutjes en moertjes uit elkaar en monteerden onder andere nieuwe lagers, uniballs en versnellingsbaktandwielen. De body konden we repareren met oude mallen, en ontbrekende of uitgezaagde onderdelen hebben we verbeterd met een betere luchtgeleiding voor de koeling.”

Gespoten in een kleur die het mintgroen van Fresh Racing benadert, mag de gereviseerde Vector TF93 af en toe weer optreden, bijvoorbeeld tijdens trackdays van de HARC en CRAC Belgium. “Achteraf zeggen we vaak tegen elkaar: ‘Dit had Wiet moeten meemaken.’ Jammer dat je met een Formule Ford Zetec niet op veel plekken terechtkunt, maar misschien wel in Frankrijk.”

Museum
De knalgele polyester kuip in de werkplaats van VA Engineering valt meteen op. Ook de monocoque van honingraat-aluminium en de achtertrein met een Ford Pinto-motorblok en uniball-draagarmen springen in het oog.
“Een Vector Sports 2000 uit 1985, gekocht van Mike van Thiel van Machines with a Mission,” licht Ad Verkuijlen toe. “Mike bezit er zelf ook één, net als Roger Grouwels. Voor mij is het nu een project, maar vooral een tastbare herinnering aan mijn jarenlange vriendschap met Wiet Huidekoper, de ontwerper. In de jaren negentig heb ik zelfs fuseestukken gemodificeerd voor één van de vijf gebouwde auto’s: het exemplaar van Dutch Racing School, gebruikt tijdens cursussen van Hans Deen.”
Verkuijlen toont een foto uit 1987 van de Vector Sports 2000 op een display in een tentoonstelling. “De auto maakte deel uit van de expositie Sports & Design in Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam, vanwege de bijzondere aerodynamische body.”
Gebroeders Vermeulen
Mike van Thiel schetst de historie: “Onder de gele lak zat donkerrood, wat erop duidt dat deze Vector door de gebroeders Vermeulen is gebruikt in 1985, racend in de Sports 2000-klasse zonder veel succes. De achterwielophanging zat niet goed vast aan de monocoque. Daarna ging de auto naar Engeland, totdat Wiet Huidekoper werd gevraagd hem in Museum Boijmans Van Beuningen te exposeren, in 1987.”
Wat er daarna gebeurde, was chaotisch. “Zoals bij veel racewagens raakte hij verloren, zwervend via allerlei adressen in Nederland, van bekende autosportfiguren tot een sloopbedrijf. Toen ik hem afgelopen mei ontdekte, kocht ik hem direct. Eigenlijk voor mezelf, maar Ad wilde hem een paar uur later graag overnemen. Dat is geruststellend, want Ad beschikt over alle middelen en kennis om dit bijzondere stuk racewagengeschiedenis perfect te restaureren.”

Ontworpen, maar nooit geproduceerd
Ad Verkuijlen omschrijft de staat van de Vector Sports 2000 als ‘slecht’. “We moeten alles technisch volledig rebuilden, ook al heeft hij weinig kilometers gemaakt. We zoeken nog naar de juiste Hewland Mk. 9-versnellingsbak, want die ontbreekt.”
“Een rood Momo-stuur moeten we ook ergens vinden,” vult zoon Bart aan. “Niet een ander type, want dat is vloeken in de kerk. Van de body trekken we mallen om nieuwe te laten maken. Ook voor de Vectors van Mike van Thiel en Roger Grouwels, zodat we de kosten delen.”

Ondertussen heeft Ad een 3D-geprint voorbeeld van een spacer tussen motor en versnellingsbak, waaraan de draagarmen worden opgehangen. “In 1985 ontworpen door Wiet Huidekoper, omdat de oorspronkelijke vlakke plaat te veel flex gaf. Henny Vollenberg vond het destijds kostentechnisch niet verantwoord, dus het onderdeel is nooit geproduceerd. Wij gaan dit nu wel doen om het zwakke punt te corrigeren. Studenten van Fontys Automotive hebben de tekeningen van 2D naar 3D omgezet, in drie varianten: frezen, gieten of printen. Zo maken we de Vector Sports 2000 precies zoals Wiet Huidekoper hem bedoeld heeft.”
Meer informatie: www.va-motorsport.com
Boek over Wiet Huidekoper
Bij ons vorige verhaal over de Vector Sports 2000 in juni 2021 kondigden we het al in een klein regeltje aan: er is een boek in de maak over Wiet Huidekoper, met afstand de beste racewagen ontwerper die Nederland ooit heeft gekend. “Hij leverde fantastisch ingenieurswerk af, maar hield zich minder bezig met public relations,” zegt Mike van Thiel, één van de initiatiefnemers achter dit project. “Daarom geven we hem nu het podium dat hij verdient. We doen dit namens de stichting Wiet Design, met ondersteuning van diverse sponsoren, zoals eigenaren van de door hem bedachte racewagens en oud-coureurs die ze hebben bereden. Anders krijg je dit nooit gefinancierd, want bij zo’n specifiek boek praat je over een vrij beperkte doelgroep. Bewust laten we het schrijven in het Engels, door auteur Glenn Smale, met eindredactie van Mattijs Diepraam. Wiet Huidekoper heeft per slot van rekening een serieuze rol van betekenis gespeeld in de internationale autosport, met als belangrijkste wapenfeiten het ontwerpen van de Lola T92/10 en de Porsche GT1 die in 1998 Le Mans Won. Gelukkig was hij, ruim voor zijn overlijden op 7 januari 2023, nog in staat om al input voor het boek zelf in te spreken. We verwachten straks tussen de 250 en 300 pagina’s uit te komen, inclusief een voorwoord van Harm Lagaaij en bijdragen van onder meer Tom Coronel, Jeroen Bleekemolen en Nicky Pastorelli. Rond de jaarwisseling hopen we het te lanceren.”
Tekst: Aart van der Haagen & foto’s: Aart van der Haagen, PR


Wil jij ons magazine ook lezen? Meld je dan aan via “bestellen” op onze website: www.start84.nl
