Bijna 79-jarige Leo Balmer al sinds oprichting betrokken bij Eurocircuit Valkenswaard: “Ik ben hier drukker dan ooit”

Achter de geraniums gaan zitten? Geen denken aan. “Ik zit hier twee, drie dagen in de week en ben drukker dan ooit,” lacht Leo Balmer, die zich al sinds de opening in 1971 verdienstelijk maakt voor het Eurocircuit Valkenswaard en voor de (inter)nationale rallycross in het algemeen. Hij vergaderde soms dagen achtereen, streed bij de politiek voor de belangen van de sport, hield Harley-Davidson-mannen in het gareel en coördineerde het puinruimen na het sneuvelen van DAF’jes en caravans.

Ooit was er niets.
“Alleen wedstrijden in Engeland,” herinnert Balmer zich. “Ergens rond 1968 begonnen we bij Venlo op de heide en in 1971 kreeg het Europese vasteland zijn eerste officiële rallycrossbaan: het Eurocircuit Valkenswaard. Daar woonden namelijk Bart en Wim Luijbregts, die het verhaal opstartten. Helaas hield de stichting daaromheen in 1985 op te bestaan en omdat ik van alle bestuursleden van de NRV het dichtst bij woonde, werd ik door de gemeente ontboden om te praten over het voortbestaan van de wedstrijden. Heel andere tijden, waarin we nog niet te maken hadden met groene politieke partijen en een kleine groep klagende omwonenden. Je moet je voorstellen dat de AVRO op televisie verslag deed van de rallycross en dat Valkenswaard dat als geweldige PR zag. We trokken gigantische aantallen bezoekers, helemaal in de jaren van het Achteruitrijden met DAF’jes, de Caravanrace en later de EK’s en de Dakar Preproloog. De grond bleef van de gemeente en we leenden van de AMRO-bank 73.000 gulden voor het overnemen van de gebouwen. Naast de NRV richtten we daarvoor een stichting op, met Sjaak Noordermeer als voorzitter en mij als penningmeester, waarmee we geld genereerden.”

Uit de gevangenis.
De rallycross bloeide in Nederland, maar écht legendarisch waren de wedstrijden die televisieproducer René Stokvis organiseerde onder de vlag van ‘Te land, ter zee en in de lucht’. Balmer: “Na een Caravanrace werden alle restanten die over de baan verspreid lagen met shovels opgehaald en door een recyclingbedrijf afgevoerd in een stuk of twintig grote containers. Bij de DAF’jes van het Achteruitrijden loonde het meestal nog wel de moeite om ze op te lappen, hoewel er denk ik toch gauw een stuk of veertig, vijftig zullen zijn afgeschreven. Er zaten natuurlijk kleurrijke figuren tussen die deelnamen, soms gecharterd door de organisatie als smaakmaker. Zo deed aan de Caravanrace een Amsterdammer met een grote Amerikaan mee. Hij blies altijd hoog van de toren en moest en zou ’s avonds arriveren, als het hek dicht was. ‘Dan zet ik mijn auto wel voor de poort,’ riep hij. ‘Niks ervan,’ zei ik. Je moest zulke kerels op hun eigen manier aanpakken. Hij kwam uit de gevangenis om een paar dagen hier te rijden en diende zich dan weer te melden. Aan mij de opdracht om meerdere auto’s van hem bij een boer te stallen, want ging de ene kapot, dan kon hij met de andere racen. Hij móest namelijk winnen. Een echte showman.”

Heel fel.
Het Eurocircuit Valkenswaard blijft al decennialang lekker zichzelf, maar eind jaren tachtig ging de baan drastisch op de schop. “Dat gebeurde op initiatief van A.Hak Pijpleidingen, dat Piet Dam sponsorde en zo enthousiast werd, dat er in de winter een aantal grote machines en personeelsleden verschenen, die drie of vier maanden lang elke dag in de weer waren om het parcours aan te leggen zoals we het nu kennen. Dat gebeurde op een dermate professionele manier, dat we een FIA-accreditatie konden aanvragen en vanaf dat moment kwam het organiseren van EK-wedstrijden in beeld. De Europese organisatie ERA vergaderde afwisselend op de verschillende circuits in de diverse landen en dat nam zomaar een paar dagen in beslag. Je kent dat wel, net als in de Tweede Kamer: een paar uur bakkeleien, even rust, een hapje eten en weer verder. We discussieerden over homologaties, reglementen, de opzet van nieuwe klassen, motorische restricties enzovoorts. Nederland zou Nederland niet zijn als we de haan niet lieten kraaien en we hadden ook best veel inbreng, omdat onze rijders in het EK de beste resultaten behaalden. Sjaak Noordermeer kon heel fel uit de hoek komen, waar ik altijd rustig bleef. Hij legde de nadruk op een open, eerlijke strijd, met duidelijke sancties voor wie probeerde te sjoemelen.”

Kunst- en vliegwerk.
De moeilijke tijden maakte Leo Balmer ook mee, zoals het wegvallen van het EK na 2015 in Valkenswaard. “Ten eerste werden de auto’s en daarmee de sport te duur voor velen, ten tweede maakte de regelgeving het ons steeds lastiger, met name op het gebied van geluid. We zijn wel een jaar of vijftien met de gemeente bezig geweest om het bestemmingsplan voor elkaar te krijgen en dat heeft ons een flinke smak geld gekost. Alle spaarcenten gingen op aan advocaten, geluidsmetingen et cetera. Omwonenden waren eerst vrienden, maar er hoeft er maar eentje tussen te zitten die heibel gaat maken. Zelfs nu, na het verkrijgen van de vergunning, gaat de strijd door. Met veel kunst- en vliegwerk konden we het voor elkaar krijgen om toch een aantal evenementen per jaar te houden, alleen in het weekend en strikt tussen bepaalde tijden. Acht uur lang en geen minuut meer. Corona heeft ons ook lelijk dwarsgezeten, maar dankzij een sterk bestuur en welwillende sponsoren wist het Eurocircuit zich daar doorheen te slaan. Destijds een ramp, maar kijk eens: we zijn er nog en hóe. Het NK draait weer succesvol en we hebben een RallyX-wedstrijd binnengehaald. Echt een superevenement.”

Weekenden voor zichzelf.
Met zijn aftreden als penningmeester in 2020 kwam Leo Balmer allerminst aan de zijlijn te staan. “Ik was op dat moment ook al voorzitter van de Sectie Rallycross bij de KNAF en heb het de laatste jaren zelfs alleen maar drukker gekregen. Als adviseur van het Eurocircuit-bestuur beantwoord ik dagelijks telefoontjes en gemiddeld zit ik twee tot drie dagen in de week op het terrein om allerlei facilitaire zaken te regelen, zoals het ontvangen van leveranciers en vuilophaaldiensten, het inkopen van bloemen, bekers, lunchpakketten, brandstof voor de machines en noem maar op. Ik sta om acht uur ’s ochtends op en ga ’s nachts rond een uur of één, half twee naar bed.” Jazeker, op zijn bijna 79e. Evenementen slaat Balmer echter weleens over. “Je loopt op deze leeftijd toch wat moeilijker en ik wil na een aantal levensgebeurtenissen de weekenden een beetje voor mezelf houden. Als je tweemaal je vrouw verloren bent, kijk je anders tegen dingen aan. Ondanks het verdriet bleef ik wel altijd met twee benen op de grond staan en besloot ik niet thuis op de bank te gaan zitten. Je kunt dan beter bezig blijven, samen met alle bestuursleden en vrijwilligers die zoveel voor deze sport betekenen en die ik daar heel dankbaar voor ben.”

Miss Rallycross.
Het internationale Harley-Davidson-treffen, dat 1100 motoren en hun eigenaren op de been bracht, vergeet Balmer nooit meer. “We moesten bewaking regelen en het terrein hermetisch afsluiten, want ja, deze mensen worden gezien als gevaarlijk en herrieschoppers. Nou, eerlijk waar, ik heb weinig andere evenementen zó netjes zien verlopen. Alles tot in de puntjes geregeld. Vergis je niet: er zitten heel veel vermogende lui tussen; niet iedereen kan zich immers zo’n kostbare motorfiets veroorloven.” Met weemoed denkt de oud-penningmeester terug aan zestien edities Dakar Preproloog. “20.000 tot 25.000 bezoekers per keer. Topevenementen, maar helaas zullen ze niet terugkeren. Het lijkt wel of een klein aantal omwonenden en politieke partijen alle gemotoriseerde activiteiten om zeep willen helpen, terwijl de lokale economie er enorm veel baat bij heeft. Zie de Formule 1 in Zandvoort, waar de hele wereld naar kijkt. In de hoogtijjaren zaten hier in de raceweekenden de hotels vol en organiseerden we op het grote plein in Valkenswaard een zomeravondfeest met een Miss Rallycross-verkiezing. Gewoon netjes, niet pikant, maar het mag allemaal niet meer. Gelukkig kunnen we wel weer min of meer op de oude voet verder met wedstrijden organiseren, met RallyX als de kroon op ons werk.”

Meer informatie: www.nrv.club
Tekst: Aart van der Haagen & foto’s: Dominique Bex

Wil jij ons magazine ook lezen? Meld je dan aan via “bestellen” op onze website: www.start84.nl

Lees meer