De populaire cup mocht zich met een veld van 43 auto’s, midden in de zomervakantie en op een vrijdag, zeer tevreden stellen. De kwalificatietraining leverde enkele nieuwe gezichten in de top van de ranglijst op. Hoewel de poleposition van Youri Verswijveren in een tijd van 2:08.846 en de tweede plek voor András Király, daar slechts 0,061 seconden achter, misschien niet zo verrassend waren staan de rijders Edwin van Gerven, Koen Bol, Frenk Vollebregt en debutant Arno Bultman in de regel niet zo hoog in de uitslagen. Bultman scoorde hiermee in zijn allereerste racejaar zijn beste startpositie ooit. Zowel Marcel Dekker als Rudy Schilders kenden wegligginsproblemen, waardoor hun respectievelijke 8e en 11e plek kon worden verklaard.
De start van de eerste race was meteen een prooi voor Verswijveren, die als eerst de Tarzanbocht indook, gevolgd door Király. Achter hen ging het in het grote veld echter fout. Ray Renirie trachtte een gespinde deelnemer te ontwijken en werd daarbij geraakt door een ander, waardoor hij de strijd moest staken. Bij het incident waren ook Alex Schuttert en Arie Dekker betrokken, die beiden met schade de eerste bocht uitkwamen. Voor Renirie moest de sleepwagen er aan te past komen, wat een code 60 tot gevolg had. Na de het beëindigen van de langzaam rijden periode wisten Verswijveren en Király een gaatje te slaan. In de 5e ronde lukten het echter Bol en Dekker om het gat te dichten en ontstond er een kopgroep van vier auto’s. De onderlinge verschillen daarin bleven klein: in de 9e ronde was het verschil tussen de nummer 1 en 4 slechts 0,4 seconden. In deze ronde lukt het Király om vanuit de slipstream Verswijveren te passeren en een ronde later de overwinning te pakken. Bol werd derde, gevolgd door regerend kampioen Dekker. Bultman wist zich in al dit geweld goed staande te houden en werd als 6e afgevlagd, zijn beste prestatie tot nu toe.
Eens per jaar wordt de Cup getrakteerd op een lange wedstrijd. Deze keer een race over 50 minuten met een verplichte pitstop van 60 seconden. De pitstop moest plaatsvinden tussen de 15e en 35e minuut. Het was opnieuw Verswijveren die als beste weg was bij de start van de race, maar bij het uitkomen van de Tarzan nam Király de kop al weer over. In de Gerlachbocht kwam Bol bij het gevecht om de 2e plaats buiten de baan. Bij het terugkomen op de baan liet Király wat ruimte voor hem maar kwam daardoor bij het insturen van de Hugenholtzbocht zelf in de problemen.
De auto brak uit, wat resulteerde in een crash in de muur, waarna Király de wedstrijd moest staken. De kopgroep van de race bestond vervolgens uit Verswijveren, Dekker, Bol, Isaac van der Slik en Vollebregt. Na 15 minuten in de race was het verschil tussen de nummer 1 en 8 slechts 2 seconden.
In de 9e ronde was het Verswijveren die als eerste van de kopgroep in tweede positie achter Dekker de pitstop maakte. In de 16e ronde waren het de leiders van dat moment, Dekker en Schilders, die gelijktijdig de pitstop maakte. Dekker kwam als eerste weer de baan op met vlak daarachter Schilders. Ze hadden net genoeg voorsprong op de aanstormende Verswijveren en Michel van der Heijden om hun posities vast te houden.
In de 20e ronde ging het behoorlijk mis voor Merijn Groot in de Hans Ernst bocht. Op nog onverklaarbare wijze ging hij halverwege de bocht plotseling rechtuit en knalde met zijn neus hard in de banden en vangrail, ging over de kop en kwam weer op zijn wielen op de baan terecht. De achteropkomende Stephane Greffet kon hem niet meer ontwijken en kwam hard met de auto in aanraking. Dit alles had opnieuw een code 60 tot gevolg om de baanofficials de gelegenheid te geven rijder en auto in veiligheid te brengen. Groot kon echter ongedeerd zijn MaX5 verlaten. Het opruimen kostte dermate veel tijd dat de race onder code 60 werd afgevlagd. Dat betekende dat Schilders op de uitslagenlijst als winnaar werd genoteerd, gevolgd door Dekker en Verswijveren. Na afloop werden er verschillende rijders bestraft met tijdstraffen voor onder meer een te korte pitstop, het overschrijden van de track limits of rijgedrag.
